Lange knul

Toen  mijn vader vijftien jaar geleden overleed, was ik van plan om een boek over zijn leven te schrijven. Het is er nooit van gekomen. Toch is schrijven over een dierbare die is overleden, een manier om diens nagedachtenis levend te houden. Daarom wil ik teruggaan naar 1943. Leiden.

Voor een jonge vrouw van twintig en een jonge man van zeventien is het een moeilijk jaar. Het sociale leven tijdens de bezetting begint stil te vallen. De duitse propaganda drukt een steeds groter stempel op het uitgaansleven. Meer en meer artikelen gaan op de bon. Feestjes duren door de avondklok steeds vaker de hele nacht.

De dansschool is één van de weinige mogelijkheden tot ontspanning. Dansavonden zijn het hoogtepunt. Samen met haar hartsvriendin Jannie, gaat de jonge Els van Halst naar zo’n dansavond. Met haar 1 m75 torent Els boven alle meiden uit. Bijna alle jongens kijken letterlijk naar haar op. Ze verlangt naar een jongen die ze recht in de ogen kan kijken.

Na enige tijd vallen de ogen van Els op een stil tweetal in de hoek, aan de andere kant van de danszaal. Terwijl de vloer volstroomt met dansparen, blijven zij zitten. Maar die ene knul, die is lang! Minstens 1m80. Els wijst Jannie op de twee. Jannie vind de andere knul maar niks. Hij heeft een wipneus.

Als de dames de heren mogen kiezen, dan grijpt Els haar kans. Ze stapt op de lange knul af en vraagt hem ten dans. Jannie vraagt de ander, Joop. Het dansen gaat niet vlekkeloos. Verlegen vertelt Frits, de lange knul, dat hij pas één dansles heeft gehad. “Hoe oud ben je?” vraagt Els. 18. Zegt Frits stoer. Hij liegt er een jaartje bij. Anders lijkt hij zo jong.

Het klikt tussen Els en Frits. Al snel hebben ze verkering. Trouwen doen ze pas in 1950, maar dat is een ander verhaal. Ook Jannie en Joop worden een stel. Die zijn nog veel eerder getrouwd.